25 feb Frank Lambalk – Voortman Kantoormeubelen
Frank Lambalk – Voortman Kantoormeubelen
Bij Voortman is het thuiskomen
Ten eerste omdat ik door de broers Frank én Sjaak Lambalk wordt ontvangen en ten tweede omdat Voortman een familiebedrijf is. Een Hollandse stroopwafel bij de koffie maakt het thuisgevoel compleet.
Tekst Marc van Zoelen
We nemen plaats in de showroom direct tegenover het verkoop binnendienst kantoor. Sjaak schuift ook even aan voor een kopje koffie en om even bij te praten. Als Sjaak weer naar zijn werkplek is vertrokken steken we van wal.
“Kijk”, begint Frank, “mijn carrière verloopt als een jongensboek”. Daarmee heeft hij meteen mijn volle aandacht. “Tijdens mijn studie HTS bedrijfskunde loop ik in 1985 stage bij de Voortman Bedrijfsmeubelen fabriek in Monnickendam. Voortman, opgericht in 1967, wordt in die tijd geleid door de familie Meij. Mijn stage bestond uit het introduceren van een productie-administratie. Productie- en voorraadbeheer met behulp van een computer, zeg maar”. Ik merk op dat een stageperiode niet eeuwig duurt en vraag naar wat er vervolgens gebeurt. Frank vervolgt. “Ik ging na de stage weer terug naar school en werd na 3 weken al weer door Jan Meij overgehaald om op mijn vrije zaterdagen de planningen te maken. Toen ik in 1986 van school kwam ben ik blijven plakken en 3,5 jaar bezig geweest om via de Voortman route vooral niet in militaire dienst te gaan”. Oh, vraag ik, hoe dan? “Door alles aan te wenden wat er toe deed. Herkeuring in verband met hooikoortsklachten , persoonlijke onmisbaarheid en economisch belang, en uiteindelijk kostwinnerschap. En dat lukte. In 1990 was ik verlost van de dienstplicht.”
De 60-jarige voor(t)man is getrouwd, vader van 3 zoons en sinds een halfjaar trotse opa van een kleinzoon. “Niet dat ik nou de verzorgende opa ben hoor. Mijn vrouw past op de kleine op de woensdag. Dat is ik mijn thuiswerkochtend dus krijg ik er uiteraard het nodige van mee. Heel leuk”.
En je werkzame leven na de diensttijdverlossing?, vraag ik. Frank vervolgt, In 1992 had ik mijn plafond als zelfbenoemd logistiek manager wel bereikt. Een headhunter bracht mij vervolgens onder bij een instore marketing firma in Ridderkerk en later een Utrechtse groothandel in ijzerwaren, tuinartikelen en gereedschappen; toeleverancier van bouwmarkten en tuincentra. Uit beeld bij Voortman dus, constateer ik. “Ja en nee”, geeft Frank aan. “Er bleef een vriendschappelijk contact met de directie van Voortman, waar broer Sjaak inmiddels al in dienst was getreden. In 1998 werd ik verleid om bij Voortman terug te keren. In 2000 komen we na stevige onderhandelingen overeen om er een vierkoppige directie en aandeelhouderstructuur van te maken. En in 2006 nemen Sjaak en ik de resterende aandelen over, nemen afscheid van de voormalige directie en vormen wij de nieuwe tweekoppige directie. En dat is nog steeds zo”.
De kastenfabriek uit Monnickendam is in 1991 reeds naar Purmerend verhuist en daar is een capaciteit neergezet om heel veel, destijds zo’n 25.000 kasten op jaarbasis, te maken. . “Ja”, vult Frank aan, “Voortman kon er destijds heel veel kwijt bij bedrijven als Overtoom (nu Manutan) andere groothandels en grote inrichters als Kembo.
“Reeds in de jaren negentig kwam echter het besef we dat we de oorlog niet gingen winnen als alleen kasten toeleverancier. Voortman ging daarom eigen producten ontwikkelen, met name bureaumeubelprogramma’s. We begaven ons daarmee op het pad van de kantoorinrichting met diverse bureau- en kasten programma’s. Voor de distributie zochten wij de samenwerking met dealers en merkten vrij snel dat we op de Nederlandse markt een serieus alternatief konden bieden op de concurrentie van producenten als Drentea, Brink en Emmein. Drentea bleek maar een kleur (parel) te kunnen leveren en had ook nog eens lange levertijden. Bij ons kon je uit een breed pallet kleuren kiezen met betrouwbare levertijden van vier weken. We konden ons daarmee onderscheiden in de markt en dat was koren op de molen voor onze dealers”.
Bij zijn terugkeer bij Voortman in 1998 was de positie van Voortman niet echt veranderd. Kasten productie en toelevering was de kurk waar het bedrijf op dreef. Bureauprogramma’s leveren aan dealers was bijzaak en hoop voor de toekomst. “Dat moest anders vonden Sjaak en Ik: Voortman moest gaan kiezen. Wij kozen voor het eigen merk: Voortman Kantoormeubelen: Bureau-, tafel en kastenprogramma’s voor de zakelijke inrichtingsmarkt. Distributie uitsluitend via Dealers”. Dat was nog al een ommezwaai, breng ik in. “Dat is een understatement”, beaamt Frank. “We moesten ondertussen het hele bedrijf moderniseren. Het ontbrak aan een solide dealerondersteuning, dus die hebben we ook opgetuigd. Ook de productontwikkeling moest een serieuze metamorfose ondergaan”. Dat zijn heel wat ballen die je in de lucht moet houden, constateer ik. “Inderdaad. En naast de productenkant is er ook nog de administratieve borging natuurlijk. Maar, het is ons gelukt en daar zijn we best trots op. We hebben overigens in dat traject ook ontwerper Hans Verboom betrokken. Hans is iemand waar je op kunt bouwen en door de jaren heen voor ons goede ontwerpen heeft gemaakt. Zonder zijn betrokkenheid waren we niet zo ver gekomen”.
De ontwerpen van Hans Verboom vormen sinds 2003 het fundament van de Voortman collectie. Zijn ruime staat van dienst binnen de internationale meubelindustrie in combinatie met het vakmanschap van Voortman staan garant voor functionele en duurzame inrichtingsoplossingen.
Frank gaat verder. “Door een andere weg in te slaan en niet meer de volger te zijn kregen we “ruimte” en ontwikkelden we bijna automatisch ook onze eigen propositie. We gingen opletten wat er wordt uitgevraagd en in bestekken staat en spelen daar op in. Met als voordeel dat wij met onze eigen productie en flexibele opstelling in de markt veel sneller kunnen schakelen dan de andere producenten. En dat valt op in de markt. Dat spreekt architecten en dealers zeer aan”. Dat gaf jullie dus op een zeker moment een voorsprong, raad ik. “Jazeker. Zo waren wij de eerste met echt akoestische schuifdeurkasten en aantrekkelijk geprijsde wangenbureaus, om maar eens wat te noemen”.
“Hobby’s?” Lambalk kijkt mij lachend aan. “Ik heb een zondagochtendritueel. Vroeger was dat voetballen. Nu is dat hardlopen. Dat is mijn uitlaatklep. Dam tot Dam lopen en halve marathons zijn het doel dat in de betere jaren is bereikt. Ik kijk graag TV maar dat mag ik geen hobby noemen. Ook luister ik graag naar een breed scala aan muziek. Favoriet zijn Britse gitaarbands. Maar Marvin Gaye is ook een held en een tenor als Pavarotti komt ook echt binnen. Theo Maassen vind ik nog steeds de beste cabaretier die mij behoorlijk aan het lachen kan krijgen”.
Het is mij duidelijk. Frank Lambalk is een gedreven ondernemer en werkt dagelijks met 20 professionals in de productie en 10 op kantoor aan de continuïteit van Voortman. Een onderneming waar men het ambacht van het werken met plaatstaal als geen ander beheerst, getuige de vele fraaie voorbeelden daarvan in de showroom. Het ademt hier vakmanschap en liefde voor het vak.
Wat is jouw tip aan anderen, vraag ik. Frank: “Denk goed na over wat jóuw drijfveer is in het ondernemen, trek je eigen grenzen en sta ergens voor.”
Ik neem afscheid en verlaat de showroom maar niet na nog even over de Credenza kast in de showroom te hebben gestreken met mijn vlakke hand. Schitterend gebogen stalen hoeken. Zeer mooi gemaakt.
Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.